Karstkarel nu doemdenker?

In zijn artikel van 5 juni j.l. in deze krant laat Karstkarel niets heel van een nieuwe woning in Baaium. De steentjes zijn te flets,  het hout heeft een poepkleur, en de ramen zijn “er in gejast”.  Zelfs de bestrating wordt in zijn visie meegenomen.  Nu ken ik Karstkarel, en twijfel ik ook geen moment aan zijn kennis, maar dit artikel  van zijn hand is wel heel kort door de bocht. Toevallig weet ik iets meer van deze oude woning in Baaium omdat wij deze destijds zelf hebben afgevoerd voor de oude bouwmaterialen. Eigenaar Tinga was zich terdege bewust van de unieke  locatie, en heeft direct na de sloop de afgegraven  terp zelfs met een paar duizend kubieke meter grond  weer aangevuld tot de huidige proporties. Bij de sloop destijds mochten we onder geen beding de bomen beschadigen. Maar het huidige bouwwerk is Karstkarel blijkbaar een doorn in het oog. De woning met schuur is een hedendaagse variant van de oude voorganger. Materialen van nu, met een knipoog naar het oude. In alles is duidelijk te zien dat er alles aan gedaan is om het oude te benaderen, en dat is ook heel goed gelukt. Maar Karstkarel ziet dit duidelijk heel anders. Nu hebben wij bedrijfsmatig elke dag te maken met bouwers en bouwbedrijven, en dan wordt al heel snel duidelijk dat het soms heel moeilijk is om de oorspronkelijke ideeën te verwezenlijken. Dat kan meerdere oorzaken hebben.  In de eerste plaats de financiële middelen.  Niet iedereen heeft een ruim budget voorhanden, en dan worden debaaiumbouwplannen vaak al enigszins bijgeschaafd. Ten tweede de bouwbestemming van het perceel en de huidige eisen en bepalingen die daarbij horen.  Maar de belangrijkste en moeilijkste heuvel die moet worden genomen om een pand te bouwen is wel de Welstandcommissie. Een aspirant bouwer kan de mooiste plannen hebben, en de mooiste bouwmaterialen voor ogen hebben,  de Welstandcommissie heeft het in onze provincie voor het zeggen. En hoewel zij slechts een adviserende rol hebben, wordt hun mening meestal klakkeloos overgenomen door de betreffende gemeente.  Maar het kan natuurlijk ook nog eens zo zijn dat het pand van Tinga aan de Alde Dyk in Baaium  gebouwd is naar hun eigen woonwensen, of mogelijk naar hun bedrijfswensen.  Dat Karstkarel dan ook nog eens commentaar heeft op de bestrating van grijze betonsteen raakt kant nog wal. Wellicht is dit de meest praktische bestrating geweest of misschien de goedkoopste. Maar dat was vroeger net zo,  want niet iedere woning  had destijds een  bestrating van oude boerengeeltjes, en niet iedere boerderij had een Roodbaard tuin. Nee, dit keer is de mening van Kasrtkarel wel heel eenzijdig.  “Als we het oude Friesland op zo’n wijze wordt vernieuwd, kunnen we onze mooie provincie wel opheffen”. Ook daar slaat hij de plank mis, want de woningen van nu zijn de mogelijke monumenten van de toekomst. En dat wisten ze ook niet toen het pand in Baaium ooit werd gebouwd. Zij konden toen niet weten dat een oude schapenstal op een terp ooit nog eens een onderwerp van gesprek kon worden  in een provinciale krant.

Broeksterwâld,  Bert Kooistra

Geef een reactie